We vertrekken rond 8u15 vanochtend, na
ontbeten te hebben met een watermeloen en een pakje koekjes. Het is
nog een beetje bewolkt en frisjes, maar al snel dienen de eerste
zonnestralen zich aan. Als het goed is komen we over 10 kilometer
langs een dorpje en de planning is daar iets van rijst te nemen of op
de markt te kijken wat er voorhanden is. Het wordt kau pad, oftewel
fried rice. Voor de zoveelste keer; niet dat ie m'n neus uitkomt,
maar iets anders zou ook wel eens leuk zijn.
De eerste 10 kilometer verlopen vrij
vlak met af en toe een goedlopend heuveltje. Geen probleem uiteraard.
Om de doorgaande weg (de 213) die we steeds volgen eens te verlaten
nemen we een klein achteraf weggetje waarmee we ook nog iets af
denken te snijden. Het eerste deel loopt heel mooi om een groot
kunstmatig meer heen, we vermoeden dat het iets met opwekken van
energie te maken heeft. We passeren een creatief tempeltje waarvan
niet duidelijk is waarom het er staat, lijkt een soort bescherming
voor het meer, of is het voor het nabijgelegen dorp?
Er valt zoals iedere dag weer heel veel
te zien, neem dat tempeltje of het grote meer, maar vrijwel alles
staat alleen aangeduid in Thais schrift. En zie daar maar eens iets
van te maken. Ook de kennis van de Engelse taal valt flink tegen, het
is iedere keer weer handen en voeten om iets te vragen. We hadden
vooraf verwacht meer mensen, vooral onder de jongeren, te ontmoeten
die de Engelse taal machtig zijn. Inmiddels is ons al uitgelegd dat
de kwaliteit van het onderwijs buiten de grote steden, erg slecht is.
Veel mensen proberen hun kinderen dan ook naar een school in een stad
te sturen, maar natuurlijk heeft lang niet iedereen daar geld voor.
Ook hierdoor blijft het niveau van het onderwijs natuurlijk laag.
De asfaltweg verandert in rood gravel
en het wordt wat meer geaccidenteerd. Het gravel rijdt best goed, maar
het stof (vooral als er een incidentele auto passeert) is best
vervelend. Maar niet zeuren, we wilden rust en mooie weggetjes, die
hebben we nu. In een verlaten marktplaatsje in een verrassend actief
dorpje hier in het niemandsland eten we wat fruit en gebakken banaan.
Uiteraard onder het toeziend oog van de gemeenschap.
Dirt roads |
Uiteindelijk komen we op een kruising die niet echt nauwkeurig op de kaart staat, maar alles wijst er op dat we hier rechtdoor moeten. We dalen door het stof richting de asfaltweg die we hopen te kruisen. Helaas draait de weg naar links en eindigen we op een akker waar men, zoals overal in deze streek, druk bezig is met het oogsten van de cassave. Overal zie je hier cassave planten staan, die worden uitgetrokken als het blad gevallen is en met een mes hakt men de wortel er af. Een mannetje tekent in het stof een kaartje hoe we wel hadden moeten rijden. Duidelijk, maar die stoffige afdaling mag dus helaas opnieuw, dit keer als stoffige klim.
Gelukkig is dit de enige fout vandaag, en al vrij snel zitten we terug op de 213. Ondertussen is het lunchtijd dus nemen we een fried rice (wat anders...) bij een tentje langs de weg. Punt is dat ze waarschijnlijk ook wel groenten kunnen roerbakken alleen slagen we er niet in dit duidelijk te maken. We vallen daarom vaak terug op het zekerheidje 'fried rice'.
Cassave oogst |
Na de lunch verlaten we al snel de 213 en komen we op een kleiner weggetje te rijden met weinig verkeer. Het golft wat op en neer, maar we blijven zo rond de 320m hoogte hangen. Tot we opeens een forse afdaling krijgen, voor we het weten zijn we de bergen uit en strekt het dal met de rijstakkertjes zich voor ons uit. Tempo wordt opgeschroefd en al snel komt Ban Na Khu in zicht. Mag ook wel na ruim 60km.
Het resort wat we voor ogen hebben ziet er afschuwelijk uit, dus we kijken iets verder. We zien iets wat er aardig uit ziet maar dat zit helaas vol. Voor andere opties moeten we terug naar de andere kant van het dorp en inderdaad vinden we hier iets bij een aardige dame. 300 Baht voor een bungalowtje is niet te veel.
De dame neemt ons mee naar de achterkant van de bungalow en wijst op het aangrenzende gemeentezwembad. Kijk, daar hebben we zin in en zijn we ook aan toe. Snel de zwembroeken aan, handdoeken gepakt en het water in. Heerlijk, al begint de zon net achter de bomen te zakken en wordt het dus iets koeler. Ik ben de eerst die het koud krijgt en ga lekker op de kant zitten kijken naar die andere twee, waarvan Huub het langste meegaat.
Uitgezwommen nemen we een douche in de
bungalow en fietsen naar het dorpje om wat te gaan eten. Na wat
zoekwerk komen we wederom uit op een fried rice, ook dit keer weer
net iets anders...
Moe maar voldaan keren we terug naar de
bungalow, stoppen Huub in bed en maken ons op voor de koffie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten